
Rouw doorstaan kan je sterker maken, ook naar je cliënt toe
‘We gaan allemaal moeilijke dingen meemaken, maar we willen liever geen pijn ervaren. Weet ex-zorgmanager en nu rouwcoach Joke Roelfsema. Aandacht en tijd voor rouw is voor werknemers op de werkvloer belangrijk. Maar ook voor het team en in de relatie met je cliënten. Roelfsema schreef er een boek over na het overlijden van haar eigen zoon. ‘Er is geen protocol voor rouw.’
De pijn van verlies moet je laten gebeuren. Een open deur, want hoe doorloop je zo’n rouwproces? Na het overlijden van haar 21-jarige zoon Michiel vijf jaar geleden wist Joke Roelfsema niet hoe ze zelf moest overleven. ‘Ik had een boek willen lezen over hoe je zo’n heftig verlies doormaakt en of je eruit kunt komen’, vertelt Roelfsema. Ze heeft dat boek zelf geschreven: “Wat is er gebeurd?”, over haar ervaring met pijn en verdriet en hoe ze een verandering doormaakte die haar ook weer terug in ander werk bracht. Niet alleen een boek over overleven, maar ook over hoe betrokkenen en professionals ondersteuning kunnen bieden aan mensen die verlies meemaken.
‘Als je zelf een heftig verlies meemaakt’, zegt Joke Roelfsema, ‘kun je de pijn van het gemis niet uitleggen aan anderen. Je verandert door wat je meemaakt, je kijkt anders naar je leven en je kijkt ook anders naar je cliënten. Je wordt nooit meer dezelfde, je leert leven met je verlies. Ik weet nu beter hoe ik als professional om moet gaan met werknemers of met cliënten die verlies moeten meemaken. Je hoeft niet meteen in de hulpstand te schieten, maar rust creëren door te luisteren naar wat degene die verlies doorloopt meemaakt. Dan heb je ook meer zicht op wat de persoon in zijn of haar situatie nodig heeft.’
Hoe verander je als professional als je verlies kunt overleven?
‘Als een werknemer iets heftigs overkomt praat ik niet alleen met de getroffene, maar ook met de leidinggevende en het team. Het verlies dat een collega meemaakt maakt ook altijd veel los bij het team. Iedereen heeft wel iets heftigs meegemaakt en wil daarover vertellen. Vaak is het ook wel goed om met het team te bespreken hoe je reageert naar de getroffen collega. Waar het vaak mis gaat, vooral op de werkvloer, is dat we het heel lastig vinden om pijn en verdriet te zien, laat staan erover te praten. Dan gaan we in de modus: “Het komt wel goed, je moet er doorheen”. Maar dat wil je helemaal niet horen.
Daarnaast zitten medewerkers in een spagaat: Het is vreselijk wat de collega is overkomen, maar het bedrijf moet ook verder. Ik hoor wel van thuiszorgmedewerkers die na 1 week weer worden ingeroosterd. Dan heb je geen tijd om je verlies door te maken. Hier ligt echt een taak voor de leidinggevende om met je werknemer contact te houden en te bespreken: “Wat kan ik als leidinggevende voor je doen?”. Het is zo belangrijk dat je als leidinggevende ook de collega’s betrekt en dat hij/zij contact houdt met de werknemer die thuis zit. Dat is wat mij terug heeft doen komen naar mijn werk in de ouderenzorg 5 jaar geleden, op mijn eigen tempo. Verbinding houden met mijn leidinggevende gaf mij op enig moment het gevoel: nu wil ik weer naar mijn werk. Als je je eigen tempo kunt volgen, dan voorkom je een burn-out op langere termijn.’
Uit cijfers van vakbond CNV – juli 2020 – blijkt dat 1 op de 10 werkenden die een dierbare heeft verloren een burn-out krijgt door de combinatie rouw en werk. 21% krijgt te weinig steun van zijn werkgever om goed te kunnen functioneren. Een kwart kan langere tijd niet goed functioneren. Bijna de helft (44%) van de werknemers heeft de afgelopen 10 jaar een dierbare verloren. 33% heeft zich kort ziekgemeld, 9% heeft zich voor langere tijd ziekgemeld, 16% moest vakantiedagen opnemen omdat hij/zij niet kon functioneren. 26% is te snel weer aan het werk gegaan.
Aandacht en acceptatie van rouw is een probleem in de samenleving, constateren jij en ook andere deskundigen. Waarom?
‘Omdat het niet leuk is in het leven en wij eigenlijk alleen de leuke dingen willen zien en ervaren. Kijk maar naar facebook en instagram. Maar we gaan allemaal moeilijke dingen meemaken. We moeten de pijn ervaren en doormaken, dat is rouw. Als je verlies meemaakt wordt een wond geslagen. Je kunt daar een pleister of een dik verband op doen, maar als je ermee doorloopt gaat de wond ontsteken. Uiteindelijk moet alle pus eruit en kan zich een litteken vormen. De wond is geheeld, maar dat litteken hoort bij jou, dat is jouw nieuwe leven met verlies.
Niet iedereen wil gelijk de pijn verwerken, ja dat klopt. Je geest laat dat ook niet toe, rouw gaat vaak in stukjes. Iedereen die verlies krijgt te verwerken merkt dat er een moment komt dat alles minder gaat en dat je totaal geblokkeerd kunt raken. Daarom is het zo belangrijk om aandacht te schenken aan rouw, ook op je werk. Luisteren, aandacht, vraag wat de collega nodig heeft. Ik vergelijk de omgang van mensen die verlies verwerken met de omgang met collega’s die net een baby hebben gekregen: rust, aandacht en vraag hoe het gaat en of ze iets nodig hebben. Vraag aan je collega: “Wat zou je nu willen doen”?’
Kun je beter meevoelen met je cliënt als je zelf een rouwproces hebt doorgemaakt?
‘Ik heb een man begeleid die werkte met jongeren met een verstandelijke beperking. Hij en zijn vrouw hadden hun pasgeboren kind verloren. Toen hij terugkeerde op zijn werk riep een van zijn cliënten steeds: “Jij hebt geen baby meer”. Hoe kun je daarmee omgaan? Er is geen protocol voor rouw. Je kijkt samen met je leidinggevende wat goed is voor jou in jouw werk. De regel is: Als het goed gaat met de medewerker gaat het goed met de cliënt. Als je als professional geconfronteerd wordt met de rouw van je cliënt kun je er op een andere manier naar kijken als je zelf een rouwproces hebt doorlopen. Dan weet je wat er nodig is: rust, luisteren en betrokkenheid.’
Is er tijd en ruimte voor een rouwproces als je cliënten moet begeleiden of zorg moet verlenen?
‘De vraag is meer: Wil je dat je werknemer nu kort uitvalt of later langdurig een burn-out heeft? In de zorg- en welzijnssectoren is er een tekort aan professionals, dan wil je je werknemers behouden. Misschien moet er dan wat minder zorg geleverd worden in overleg met de cliënt. In de zomerperiode gebeurt dat ook. Minder zorg is niet persé slechte zorg. Als je met je cliënt bespreekt wat wel kan en niet hoeft, dan denk ik dat er wel wat uren zijn te winnen. Voor medewerkers is het zelf vaak heel moeilijk om de hulp aan hun cliënt af te schalen, merk ik. Ik vind niet dat we de zomerperiode als maat moeten nemen voor de zorg en begeleiding die cliënten ontvangen. Maar je kunt wel in gesprek gaan met je cliënt wat de cliënt vindt hoe kwaliteit van zorg eruitziet.’
Het boek: “Wat is gebeurd?” van Joke Roelfsema is vanaf 23 september te verkrijgen

#rouwophetwerk #veerkracht #zorgenwelzijn #verliesenrouw duurzame inzetbaarheid rouwbegeleiding